- cabin boy als zelfstandig naamwoord:
- 1
cabin boy
zelfstandig naamwoord
1 cabin boy
A young man acting as a servant on a ship.
Nederlands: kajuitsjongen, ketelbink, ketelbinkie, scheepsjongen
Moby betekeniswoordenboek: Ganymede, Hebe, airline hostess, airline stewardess, attendant, bakehead, batman, bellboy, bellhop, bellman, black gang, boilerman, bootblack, boots, bungs, caddie, chips, chore boy, commissary steward, complement ... meer laten zien.
Vind elders meer over cabin boy: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0152