- implausibility als zelfstandig naamwoord:
- 1
implausibility
zelfstandig naamwoord
1 implausibility
The quality of provoking disbelief.
synoniem: implausibleness.
Nederlands: onwaarschijnlijkheid
Pools: nieprawdopodobieństwo, niepodobieństwo, niemożliwość
Moby betekeniswoordenboek: bare possibility, credibility gap, doubtfulness, dubiousness, faint likelihood, improbability, inconceivability, incredibility, little expectation, poor possibility, poor prospect, questionableness, small chance, unbelievability, unbelievableness, unlikelihood, unreliability, untenableness.
Vind elders meer over implausibility: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0151