- senior citizen als zelfstandig naamwoord:
- 1
senior citizen
zelfstandig naamwoord
1 senior citizen
An elderly person.
synoniemen: golden ager, old person, oldster.
Nederlands: bejaarde, knar, oudere, ouderen, oudje, zestig-plusser, zestigplusser
Pools: starszy człowiek
Moby betekeniswoordenboek: Father Time, Methuselah, Nestor, Old Paar, ancient, centenarian, dotard, elder, gaffer, geezer, golden-ager, gramps, grandfather, grandsire, graybeard, nonagenarian, octogenarian, old chap, old codger, old dog ... meer laten zien.
Vind elders meer over senior citizen: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0473