Engelse synoniemen over ons - contact  

sinusitis

zelfstandig naamwoord

1 sinusitis

Inflammation of one of the paranasal sinuses.

Nederlands: bijholteontsteking, sinusitis, voorhoofdsholte-ontsteking, voorhoofdsholteontsteking
Pools: zapalenie zatok przynosowych


Moby betekeniswoordenboek: adenoiditis, adrenitis, appendicitis, arteritis, arthritis deformans, arthritis fungosa, arthritis pauperum, atrophic arthritis, atrophic inflammation, blennorrhagic arthritis, brain fever, bronchitis, bunion, bursitis, capillaritis, carditis, catarrh, catarrhal inflammation, cerebellitis, cerebral meningitis ... meer laten zien.

Vind elders meer over sinusitis: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0338