- tapeworm als zelfstandig naamwoord:
- 1
tapeworm
zelfstandig naamwoord
1 tapeworm
Ribbonlike flatworms that are parasitic in the intestines of humans and other vertebrates.
synoniem: cestode.
Nederlands: lintworm
Pools: tasiemiec
Moby betekeniswoordenboek: Chilopoda, Chordata, Echiuroidea, Ectoprocta, Entoprocta, Monoplacophora, Nemertinea, Phoronidea, angleworm, appetite, canine appetite, drought, dryness, earthworm, emptiness, empty stomach, fishworm, helminth, hollow hunger, hunger ... meer laten zien.
Vind elders meer over tapeworm: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0157