Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

cherry

zelfstandig naamwoord

1 cherry

Wood of any of various cherry trees especially the black cherry.

Nederlands: kerselaar, kersenhout

2 cherry

Any of numerous trees and shrubs producing a small fleshy round fruit with a single hard stone; many also produce a valuable hardwood.

synoniem: cherry tree.

Nederlands: kriek, kers, kerseboom, kerselaar, kersenboom

3 cherry

A red fruit with a single hard stone.

4 cherry

A red the color of ripe cherries.

synoniemen: cerise, cherry red.

bijvoeglijk naamwoord

1 cherry

Of a color at the end of the color spectrum (next to orange); resembling the color of blood or cherries or tomatoes or rubies.

synoniemen: blood-red, carmine, cerise, cherry-red, crimson, red, reddish, ruby, ruby-red, ruddy ... meer laten zien.

Roget 960: pure, undefiled, modest, delicate, decent, decorous; virginibus puerisque [Lat.]; simon-pure; chaste, continent, virtuous, honest, Platonic.    virgin, ... meer laten zien

Pools: czerwony


Vind elders meer over cherry: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.045