Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

coward

zelfstandig naamwoord

1 coward

A person who shows fear or timidity.

Roget 862: cowardice, pusillanimity; cowardliness etc. adj.; timidity, effeminacy.    poltroonery, baseness; dastardness, dastardy; abject fear, funk; ... meer laten zien

Nederlands: lafaard
Pools: cykor, tchórz

2 Coward

English dramatist and actor and composer noted for his witty and sophisticated comedies (1899-1973).

synoniemen: Noel Coward, Sir Noel Pierce Coward.


bijvoeglijk naamwoord

Roget 862: coward, cowardly; fearful, shy; timid, timorous; skittish; poor-spirited, spiritless, soft, effeminate.    weak-minded; infirm of purpose etc. ... meer laten zien

Moby betekeniswoordenboek: Milquetoast, Scaramouch, baby, big baby, caitiff, chicken, chicken liver, craven, dastard, fraid-cat, fraidy-cat, funk, funker, gutless, invertebrate, jellyfish, lily liver, lily-livered, milksop, mouse ... meer laten zien.

Vind elders meer over coward: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0818