- risibility als zelfstandig naamwoord:
- 1
risibility
zelfstandig naamwoord
1 risibility
A disposition to laugh.
Roget 838: rejoicing, exultation, triumph, jubilation, heyday, flush, revelling; merrymaking etc. (amusement) 840; jubilee etc. (celebration) ... meer laten zien
Moby betekeniswoordenboek: Homeric laughter, belly laugh, boff, boffola, burst of laughter, cachinnation, cackle, chortle, chuckle, convulsion, crow, fit of laughter, funny bone, gales of laughter, giggle, guffaw, ha-ha, hearty laugh, hee-haw, hee-hee ... meer laten zien.
Vind elders meer over risibility: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0159