Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

user

zelfstandig naamwoord

1 user

A person who makes use of a thing; someone who uses or employs something.

Nederlands: gebruiker, verbruiker
Pools: użytkownik

2 user

A person who uses something or someone selfishly or unethically.

synoniem: exploiter.

Nederlands: gebruiker, aasgier, bloedzuiger, gier, hyena, uitbuiter, uitzuiger, woekeraar

3 user

A person who takes drugs.

synoniemen: drug user, substance abuser.

Nederlands: druggebruiker, drugsgebruiker
Pools: narkoman


Moby betekeniswoordenboek: LSD user, acidhead, addict, alcoholic, buyer, chain smoker, cocaine sniffer, cokie, consumer, cubehead, dipsomaniac, dope fiend, doper, droit du seigneur, drug abuser, drug addict, drug user, drunkard, employer, enjoyer ... meer laten zien.

Vind elders meer over user: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0372