- double talk als zelfstandig naamwoord:
- 1
double talk
zelfstandig naamwoord
1 double talk
Deliberately unintelligible gibberish.
Moby betekeniswoordenboek: absurdity, amphigory, babble, babblement, balderdash, bibble-babble, blabber, blather, bombast, claptrap, drivel, drool, fiddle-faddle, fiddledeedee, flummery, folderol, fudge, fustian, gabble, galimatias ... meer laten zien.
Vind elders meer over double talk: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0248