Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

gibber

zelfstandig naamwoord

1 gibber

Unintelligible talking.

synoniem: gibberish.

Nederlands: koeterwaals, gewauwel
Pools: bulgot, bełkot, gulgot, chlupot, bulgotanie

werkwoord

1 gibber

Speak (about unimportant matters) rapidly and incessantly.

synoniemen: blab, blabber, chatter, clack, gabble, maunder, palaver, piffle, prate, prattle ... meer laten zien.

Roget 583: stammer, stutter, hesitate, falter, hammer; balbutiate, balbucinate, haw, hum and haw, be unable to put two words together.    mumble, mutter; maud, mauder; ... meer laten zien

Nederlands: ratelen, fantaseren

2 gibber

Chatter inarticulately; of monkeys.


Moby betekeniswoordenboek: absurdity, amphigory, babble, babblement, baffle, balderdash, bavardage, be Greek to, be beyond one, be too deep, beat one, bibble-babble, blab, blabber, blah-blah, blather, blether, blethers, blubber, bombast ... meer laten zien.

Vind elders meer over gibber: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0425