- enchanter als zelfstandig naamwoord:
- 1
enchanter
zelfstandig naamwoord
1 enchanter
A sorcerer or magician.
Nederlands: charmeren, verukken, tovenaar
Pools: czarownik
Moby betekeniswoordenboek: Artful Dodger, Casanova, Circe, Don Juan, Euryale, Gorgon, Lorelei, Machiavel, Machiavelli, Machiavellian, Medea, Medusa, Parthenope, Siren, Stheno, actor, bamboozler, befuddler, beguiler, bewitcher ... meer laten zien.
Vind elders meer over enchanter: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0268