waster
zelfstandig naamwoord
1 waster
2 waster
A person who destroys or ruins or lays waste to.
synoniemen: destroyer, ruiner, undoer, uprooter.
Nederlands: verbrasser, verkwister, verspiller
Pools: destruktor, niszczyciel
Vind elders meer over waster: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0679