Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

betrothal

zelfstandig naamwoord

1 betrothal

A mutual promise to marry.

synoniemen: engagement, troth.

Roget 768: promise, undertaking, word, troth, plight, pledge, parole, word of honor, vow; oath etc. (affirmation) 535; ... meer laten zien

Nederlands: engagement, verloving
Pools: zrękowiny, zaręczyny

2 betrothal

The act of becoming betrothed or engaged.

synoniem: espousal.


Vind elders meer over betrothal: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0289