Engelse synoniemen over ons - contact  

fluctuating

bijvoeglijk naamwoord

1 fluctuating

Having unpredictable ups and downs.

Roget 149: changeable, changeful; changing etc. 140; mutable, variable, checkered, ever changing; protean, proteiform; versatile.    unstaid, inconstant; ... meer laten zien


Moby betekeniswoordenboek: adrift, afloat, alternating, amorphous, broken, capricious, careening, catchy, changeable, changeful, choppy, desultory, deviable, deviative, disconnected, discontinuous, dizzy, eccentric, erratic, fast and loose ... meer laten zien.

Vind elders meer over fluctuating: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0656