Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

grease

zelfstandig naamwoord

1 grease

A thick fatty oil (especially one used to lubricate machinery).

synoniem: lubricating oil.

Roget 784: giving etc. v.; bestowal, bestowment, donation; presentation, presentment; accordance; concession; delivery, consignment, dispensation, communication, ... meer laten zien

Roget 356: oil, fat, butter, cream, grease, tallow, suet, lard, dripping exunge, blubber; glycerin, stearin, elaine [Chem], oleagine; ... meer laten zien

Roget 332: smoothness etc. 255; unctuousness etc. 355.    lubrication, lubrification; anointment; oiling etc. v.. synovia [Anat.]; glycerine, ... meer laten zien

Nederlands: olie, smeer, smeermiddel, smeersel, smeervet, strijksel, vet
Pools: olej smarowy

2 grease

The state of being covered with unclean things.

synoniemen: dirt, filth, grime, grunge, soil, stain.

Nederlands: vet, afval, vuiligheid, vuil, derrie, smurrie, viezigheid
Pools: zabrudzenie się, pobrudzenie się, uwalanie się

werkwoord

1 grease

Lubricate with grease.

Roget 332: lubricate, lubricitate; oil, grease, lather, soap; wax.   


Moby betekeniswoordenboek: Trinkgeld, adulation, aid, animal oil, anoint, approach, beeswax, blandishment, blarney, blunt, bonus, boodle, bounty, brass, bread, bribe, bucks, bunkum, buy, buy off ... meer laten zien.

Vind elders meer over grease: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0336