Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

hang on

werkwoord

1 hang on

Fix to; attach.

synoniemen: append, tack, tack on, tag on.

Roget 88: accompany, coexist, attend; hang on, wait on; go hand in hand with; synchronize etc. 120; bear company, keep company; row in the same boat; bring in its train; associate with, ... meer laten zien

2 hang on

Be persistent, refuse to stop.

synoniemen: hang in, hold on, persevere, persist.

Nederlands: blijven, doorbijten, doordouwen, doorzetten, persevereren, persisteren, standhouden, uitzingen, volharden, volhouden

3 hang on

Hold the phone line open:
— Please hang on while I get your folder.

synoniemen: hold on, hold the line.


Moby betekeniswoordenboek: account for, accredit with, accrete to, accrue from, acknowledge, adhere, adhere to, agglomerate, all depend, apply to, arise from, ascribe to, assign to, attach to, attribute to, be based on, be contingent on, be dependent on, be due to, be predicated on ... meer laten zien.

Vind elders meer over hang on: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0303