- overgorge als werkwoord:
- 1
overgorge
werkwoord
1 overgorge
Overeat or eat immodestly; make a pig of oneself.
synoniemen: binge, englut, engorge, glut, gorge, gormandise, gormandize, gourmandize, ingurgitate, overeat ... meer laten zien.
Nederlands: te veel eten, toegeeflijk, schrokken, overeten, brassen, schransen
zelfstandig naamwoord
Roget 957: gluttony; greed, avarice; greediness etc. adj.; voracity. epicurism; good living, high living; edacity†, gulosity†, crapulence†; guttling†, ... meer laten zien
Vind elders meer over overgorge: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
overgorged
bijvoeglijk naamwoord
Roget 869: satiated etc. v.; overgorged†; blase, used up, sick of, heartsick.
Roget 957: gluttonous, greedy; gormandizing etc. v.; edacious†, omnivorous, crapulent†, swinish. avaricious etc. 819; selfish etc. ... meer laten zien
Vind elders meer over overgorged: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0859