Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

overleap

werkwoord

1 overleap

Defeat (oneself) by going too far.

Roget 303: transgress, surpass, pass; go beyond, go by; show in front, come to the front; shoot ahead of; steal a march upon, steal a gain upon.    overstep, overpass, overreach, overgo, ... meer laten zien

2 overleap

Jump across or leap over (an obstacle).

synoniem: vault.

Nederlands: overspringen

3 overleap

Leave undone or leave out.

synoniemen: drop, leave out, miss, neglect, omit, overlook, pretermit.

Nederlands: verwaarlozen, weglaten, overslaan, overspringen, skippen


Vind elders meer over overleap: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0346