- shuddering als bijvoeglijk naamwoord:
- 1
shuddering
bijvoeglijk naamwoord
1 shuddering
Shaking convulsively or violently.
zelfstandig naamwoord
Roget 867: dislike, distaste, disrelish, disinclination, displacency†. reluctance; backwardness etc. (unwillingness) 603. repugnance, disgust, queasiness, ... meer laten zien
Moby betekeniswoordenboek: abhorrence, abomination, ague, allergy, antagonism, antipathy, aspen, aversion, bumpiness, chattering, chorea, cold shivers, cold sweat, creeping flesh, disgust, enmity, fits and starts, hate, hatred, horror ... meer laten zien.
Vind elders meer over shuddering: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0404