woolen
zelfstandig naamwoord
1 woolen
A fabric made from the hair of sheep.
Nederlands: wol, schapenvacht, schapenwol, schapewol
Pools: wełna, tkanina wełniana
bijvoeglijk naamwoord
1 woolen
Of or related to or made of wool:
— A woolen sweater.
synoniem: woollen.
Nederlands: wollen
Pools: wełniany
Vind elders meer over woolen: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0156