Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

fabric

zelfstandig naamwoord

1 fabric

Artifact made by weaving or felting or knitting or crocheting natural or synthetic fibers:
— The fabric in the curtains was light and semitransparent.

synoniemen: cloth, material, textile.

Roget 161: production, creation, construction, formation, fabrication, manufacture; building, architecture, erection, edification; coinage; diaster; organization; ... meer laten zien

Roget 154: effect, consequence; aftergrowth, aftercome; derivative, derivation; result; resultant, resultance; upshot, issue, denouement; end ... meer laten zien

Roget 7: state, condition, category, estate, lot, ease, trim, mood, pickle, plight, temper; aspect etc. (appearance) ... meer laten zien

Nederlands: vod, kleed, geweven stof, doek, stof, textiel, weefsel
Pools: materiaƂ

2 fabric

The underlying structure:
— It is part of the fabric of society.

synoniem: framework.

Roget 329: structure (form) 240, organization, anatomy, frame, mold, fabric, construction; framework, carcass, architecture; stratification, ... meer laten zien


Moby betekeniswoordenboek: Aralac, Avisco, Axminster, Celanese, Dacron, Dymaxion house, Dynel, Georgette, Harris Tweed, Lastex, Leatherette, Orlon, Qiana, Revolite, Terylene, Ultrasuede, Velon, Vicara, White House, acetate ... meer laten zien.

Vind elders meer over fabric: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0429