denigrate
werkwoord
1 denigrate
Cause to seem less serious; play down.
synoniemen: belittle, derogate, minimize.
Nederlands: afwijken, denigreren, bagatelliseren, kleineren
2 denigrate
Charge falsely or with malicious intent; attack the good name and reputation of someone.
synoniemen: asperse, besmirch, calumniate, defame, slander, smear, smirch, sully.
Roget 431: be black etc. adj.; render black etc. adj.. blacken, infuscate†, denigrate; blot, blotch; smutch†; smirch; darken ... meer laten zien
Nederlands: kleineren, denigreren, smaden, roddelen, kwaadspreken, vals beschuldigen, bekladden, belasteren, bezwadderen, lasteren ... meer laten zien
Moby betekeniswoordenboek: asperse, bedarken, besmirch, bespatter, black, blacken, blackwash, blot, blotch, call names, calumniate, charcoal, cork, darken, defame, defile, deprecate, depreciate, despise, dinge ... meer laten zien.
Vind elders meer over denigrate: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0366