Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

hike

zelfstandig naamwoord

1 hike

A long walk usually for exercise or pleasure:
— She enjoys a hike in her spare time.

synoniemen: hiking, tramp.

Nederlands: wandeling, wandelen, plotse stijging, dwaaltocht, omzwerving, omzwervingen, peregrinatie, zwerftocht
Pools: wędrówka

2 hike

An increase in cost.

synoniemen: boost, cost increase, rise.

Nederlands: prijsstijging, kostentoename

3 hike

The amount a salary is increased:
— He got a wage hike.

synoniemen: raise, rise, salary increase, wage hike, wage increase.

Nederlands: loonsverhoging, opslag, salarisverhoging

werkwoord

1 hike

Increase:
— The landlord hiked up the rents.

synoniemen: boost, hike up.

2 hike

Walk a long way, as for pleasure or physical exercise.


Moby betekeniswoordenboek: access, accession, accretion, accrual, accruement, accumulation, add to, addition, advance, aggrandize, aggrandizement, airing, amble, amplification, amplify, appreciation, ascent, augment, augmentation, backpack ... meer laten zien.

Vind elders meer over hike: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0805