- inapplicability als zelfstandig naamwoord:
- 1
inapplicability
zelfstandig naamwoord
1 inapplicability
Irrelevance by virtue of being inapplicable to the matter at hand.
Roget 10: irrelation†, dissociation; misrelation†; inapplicability; inconnection†; multifariousness; disconnection etc. (disjunction) 44; inconsequence, independence; incommensurability; ... meer laten zien
Roget 24: disagreement; discord, discordance; dissonance, dissidence, discrepancy; unconformity etc. 83; incongruity, incongruence†; discongruity†, mesalliance; jarring ... meer laten zien
Vind elders meer over inapplicability: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0305