Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

savvy

zelfstandig naamwoord

1 savvy

The cognitive condition of someone who understands.

synoniemen: apprehension, discernment, understanding.

Nederlands: begrip, benul, besef, notie, onderkenning, verstajem
Pools: przytomność

werkwoord

1 savvy

Get the meaning of something.

synoniemen: apprehend, compass, comprehend, dig, get the picture, grasp, grok.

Roget 490: know, ken [Scot.], scan, wot; wot aware, be aware of etc. adj.; ween, weet, trow, have, possess.    conceive; ... meer laten zien

Nederlands: inzien, verstaan, snappen, begrijpen


Moby betekeniswoordenboek: ability, absorb, acuity, acuteness, address, adeptness, adroitness, airmanship, appreciate, apprehend, apprehension, aptitude, aptness, artfulness, artisanship, artistry, assimilate, astute, be acquainted with, be apprised of ... meer laten zien.

Vind elders meer over savvy: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0409