Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

flyer

zelfstandig naamwoord

1 flyer

An advertisement (usually printed on a page or in a leaflet) intended for wide distribution.

synoniemen: bill, broadsheet, broadside, circular, flier, handbill, throwaway.

Roget 621: chance etc. 156; lot, fate etc. (necessity) 601; luck; good luck etc. (good) 618; ... meer laten zien

Nederlands: circulaire, rondschrijven

2 flyer

Someone who travels by air.

synoniem: flier.

3 flyer

Someone who operates an aircraft.

synoniemen: aeronaut, airman, aviator, flier.

Nederlands: aviateur, aƫronaut, ballonvaarder, luchtvaarder, piloot, vliegenier, vlieger
Pools: aeronauta


Moby betekeniswoordenboek: Amtrak, Jehu, acrobat, aerialist, aeronaut, aeroplaner, aeroplanist, agiotage, air pilot, airplanist, arbitrage, astronaut, aviator, baggage train, bareback rider, barnstormer, birdman, buying in, cable railroad, calculated risk ... meer laten zien.

Vind elders meer over flyer: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0364