- furcate als werkwoord:
- 1
furcate
werkwoord
1 furcate
Divide into two or more branches so as to form a fork.
synoniemen: branch, fork, ramify, separate.
Nederlands: gevorkt, afsplitsen, aftakken, vertakken
Moby betekeniswoordenboek: V-shaped, Y-shaped, akimbo, angle, angle off, angular, arboreal, arborescent, arboriform, bend, bent, biforked, bifurcate, bifurcated, branch, branch out, branched, branching, branchlike, cornered ... meer laten zien.
Vind elders meer over furcate: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
furcated
bijvoeglijk naamwoord
Roget 244: angular, bent, crooked, aduncous†, uncinated†, aquiline, jagged, serrated; falciform†, falcated†; furcated†, forked, bifurcate, ... meer laten zien
Vind elders meer over furcated: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.038