- precipitancy als zelfstandig naamwoord:
- 1
precipitancy
zelfstandig naamwoord
1 precipitancy
The quality of happening with headlong haste or without warning.
synoniemen: abruptness, precipitance, precipitateness, precipitousness, suddenness.
Roget 684: haste, urgency; despatch, dispatch; acceleration, spurt, spirt†, forced march, rush, dash; speed, velocity etc. 274; ... meer laten zien
Roget 863: rashness etc. adj.; temerity, want of caution, imprudence, indiscretion; overconfidence, presumption, audacity. precipitancy, precipitation; impetuosity; levity; ... meer laten zien
Nederlands: onverwachtheid
Vind elders meer over precipitancy: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.
debug info: 0.0578