Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

Sat

zelfstandig naamwoord

1 Sat

The seventh and last day of the week; observed as the Sabbath by Jews and some Christians.

synoniemen: Sabbatum, Saturday.

Nederlands: zaterdag
Pools: sobota


Vind elders meer over sat: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

sate

werkwoord

1 sate

Fill to satisfaction:
— I am sated.

synoniemen: fill, replete, satiate.

Roget 869: sate, satiate, satisfy, saturate; cloy, quench, slake, pall, glut.   , gorge, surfeit; bore etc. (weary) ... meer laten zien

Nederlands: verzadigen


Moby betekeniswoordenboek: allay, appease, assuage, cloy, cram, engorge, feast, feed, fill, fill up, glut, gorge, gratify, jade, overdose, overfeed, overfill, overgorge, oversaturate, overstuff ... meer laten zien.

Vind elders meer over sate: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

sated

Moby betekeniswoordenboek: allayed, apathetic, benumbed, blase, bored, cloyed, crammed, dead, debilitated, disgusted, dopey, dormant, droopy, drugged, dull, enervated, engorged, exanimate, fed-up, full ... meer laten zien.

Vind elders meer over sated: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0978