Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

augur

zelfstandig naamwoord

1 augur

ancient Rome A religious official who interpreted omens to guide public policy.

synoniem: auspex.

Roget 513: oracle; prophet, prophesier, seer, soothsayer, augur, fortune teller, crystal gazer, witch, geomancer, aruspex; aruspice, haruspice; ... meer laten zien

Roget 312: rotation, revolution, spinning, gyration, turning about an axis, turning aound an axis, circulation, roll; circumrotation, circumvolution, circumgyration; volutation, circination, turbination, ... meer laten zien

Nederlands: wichelaar, waarzegger, augur, auguren

werkwoord

1 augur

Indicate, as with a sign or an omen.

synoniemen: auspicate, betoken, bode, forecast, foreshadow, foretell, omen, portend, predict, prefigure ... meer laten zien.

Roget 511: predict, prognosticate, prophesy, vaticinate, divine, foretell, soothsay, augurate, tell fortunes; cast a horoscope, cast a nativity; advise; forewarn ... meer laten zien

Nederlands: voorbeduiden, beduiden, aankondigen, voorspellen, waarzeggen, wichelen

2 augur

Predict from an omen.


Moby betekeniswoordenboek: Cassandra, Druid, adumbrate, argue, astrologer, bespeak, betoken, bid fair to, bode, calamity howler, crystal gazer, divinator, divine, diviner, divineress, forebode, forecast, forecaster, foreknower, foreseer ... meer laten zien.

Vind elders meer over augur: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0416