Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

stability

zelfstandig naamwoord

1 stability

The quality or attribute of being firm and steadfast.

synoniem: stableness.

Roget 141: stability etc. 150; quiescence etc. 265; obstinacy etc. 606.    permanence, persistence, endurance; durability; standing, ... meer laten zien

Pools: stabilność

2 stability

A stable order (especially of society).

Nederlands: evenwicht, stabiliteit

3 stability

The quality of being enduring and free from change or variation.

synoniem: constancy.

Roget 150: stability; immutability etc. adj.; unchangeability, etc. adj.; unchangeableness; constancy; stable equilibrium, immobility, soundness, vitality, stabiliment, ... meer laten zien

Nederlands: vastberadenheid, vasthoudendheid, beslistheid, bestendigheid, constantheid, volharding, standvastigheid


Moby betekeniswoordenboek: abidingness, abnegation, abstinence, accordance, age, antiquity, application, assiduity, assiduousness, authenticity, authoritativeness, body, bulldog tenacity, calculability, calm, calmness, ceaselessness, changelessness, coeternity, cohesion ... meer laten zien.

Vind elders meer over stability: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0304