Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

lint

zelfstandig naamwoord

1 lint

Fine ravellings of cotton or linen fibers.

Roget 223: covering, cover; baldachin, baldachino, baldaquin; canopy, tilt, awning, tent, marquee, tente d'abri [Fr.], umbrella, parasol, sunshade; ... meer laten zien

2 lint

Cotton or linen fabric with the nap raised on one side; used to dress wounds.

Nederlands: pluis


Moby betekeniswoordenboek: Ace bandage, Band-Aid, adhesive tape, air pollution, application, attritus, band, bandage, bandaging, binder, brace, bran, cast, cataplasm, clue, compress, cosmic dust, cotton, court plaster, cravat ... meer laten zien.

Vind elders meer over lint: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.042