Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

taper

zelfstandig naamwoord

1 taper

A convex shape that narrows toward a point.

2 taper

The property possessed by a shape that narrows toward a point (as a wedge or cone).

3 taper

A loosely woven cord (in a candle or oil lamp) that draws fuel by capillary action up into the flame.

synoniem: wick.

Nederlands: kaarsenpit, kaarsepit, kaarslemmet, katoentje, kous, kousje, lampekatoen, lampekousje, lampenkatoen, lampenkousje ... meer laten zien
Pools: knot

4 taper

Stick of wax with a wick in the middle.

synoniemen: candle, wax light.

Roget 423: luminary; light etc. 420; flame etc. (fire) 382.    spark, scintilla; phosphorescence, fluorescence.    sun, orb of day, ... meer laten zien

Nederlands: kaars
Pools: świeca, świeczka

werkwoord

1 taper

Diminish gradually.

Roget 203: be narrow etc. adj.; narrow, taper, contract etc. 195; render narrow etc. adj.; waste away.   

2 taper

Give a point to:
— The candles are tapered.

synoniemen: point, sharpen.


bijvoeglijk naamwoord

Roget 203: narrow, close; slender, thin, fine; thread-like etc. (filament) 205; finespun, gossamer; paper-thin; taper, ... meer laten zien

Moby betekeniswoordenboek: abate, aculeate, acuminate, approach, barb, bate, bayberry candle, bougie, brand, butane lighter, candle, candlewick, center, centralize, cigarette lighter, close, close in, close up, close with, coarctation ... meer laten zien.

Vind elders meer over taper: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0542