Engelse synoniemen over ons - contact  

hubris

zelfstandig naamwoord

1 hubris

Overbearing pride or presumption.

Nederlands: overmoed, hubris


Moby betekeniswoordenboek: arrogance, assumption, assurance, assuredness, audacity, belief, boldness, brashness, brass, brazen boldness, bumptiousness, certitude, cheek, chutzpah, cocksureness, confidence, confidentness, contumely, conviction, courage ... meer laten zien.

Vind elders meer over hubris: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0264