Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

acquaint

werkwoord

1 acquaint

Cause to come to know personally:
— Permit me to acquaint you with my son.

synoniemen: introduce, present.

Roget 527: tell; inform, inform of; acquaint, acquaint with; impart, impart to; make acquaintance with, apprise, advise, enlighten, awaken; transmit.    ... meer laten zien

Nederlands: inleiden, introduceren, presenteren, voorstellen

2 acquaint

Make familiar or conversant with:
— You should acquaint yourself with your new computer.

synoniemen: familiarise, familiarize.

Nederlands: vertrouwd maken, kennis nemen, informeren

3 acquaint

Inform.

Nederlands: op de hoogte stellen


Moby betekeniswoordenboek: accustom, advertise, advertise of, advise, apprise, brief, bring word, clue, communicate, disclose, divulge, do the honors, enlighten, familiarize, fill in, give a knockdown, give an introduction, give notice, give the facts, give word ... meer laten zien.

Vind elders meer over acquaint: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

acquainting

zelfstandig naamwoord

Roget 527: information, enlightenment, acquaintance, knowledge etc. 490; publicity etc. 531; data etc. 467.    communication, ... meer laten zien

Vind elders meer over acquainting: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0763