Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

sprigged

bijvoeglijk naamwoord

1 sprigged

Decorated with designs of sprigs.


Vind elders meer over sprigged: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

sprig

zelfstandig naamwoord

1 sprig

A small branch or division of a branch (especially a terminal division); usually applied to branches of the current or preceding year.

synoniemen: branchlet, twig.

Roget 51: part, portion; dose; item, particular; aught, any; division, ward; subdivision, section; chapter, clause, count, ... meer laten zien

Roget 727: arm, arms; weapon, deadly weapon; armament, armaments, armature; panoply, stand of arms; armor etc. (defense) 717; armory ... meer laten zien

Nederlands: twijg
Pools: gałązka

2 sprig

An ornament that resembles a spray of leaves or flowers.


Moby betekeniswoordenboek: adolescent, appendage, arm, baby, bine, bough, branch, branchedness, branchiness, burgeon, deadwood, flagellum, fledgling, fork, frond, hand, hopeful, imp, infant, joint ... meer laten zien.

Vind elders meer over sprig: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0298