Engelse synoniemen over ons - contact  

bough

zelfstandig naamwoord

1 bough

Any of the larger branches of a tree.

Roget 245: curvature, curvity, curvation; incurvature, incurvity; incurvation; bend; flexure, flexion, flection; conflexure; crook, hook, ... meer laten zien

Roget 367: vegetable, vegetable kingdom; flora, verdure.    plant; tree, shrub, bush; creeper; herb, herbage; grass.    annual; ... meer laten zien

Roget 51: part, portion; dose; item, particular; aught, any; division, ward; subdivision, section; chapter, clause, count, ... meer laten zien

Nederlands: tak
Pools: konar


Moby betekeniswoordenboek: appendage, arm, bine, branch, branchedness, branchiness, burgeon, deadwood, flagellum, fork, frond, hand, imp, joint, leg, limb, link, lobe, lobule, member ... meer laten zien.

Vind elders meer over bough: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0277