Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

flaming

zelfstandig naamwoord

1 flaming

The process of combustion of inflammable materials producing heat and light and (often) smoke.

synoniemen: fire, flame.

Nederlands: laai, vlam, vuur
Pools: ogień, płomienie

bijvoeglijk naamwoord

1 flaming

Informal intensifiers:
— You flaming idiot.

synoniemen: bally, blinking, bloody, blooming, crashing, fucking.

Roget 884: boasting etc. v.; magniloquent, flaming, Thrasonic, stilted, gasconading, braggart, boastful, pretentious, soi-disant [Fr.]; vainglorious ... meer laten zien

Roget 882: ostentatious, showy, dashing, pretentious; janty, jaunty; grand, pompous, palatial; high-sounding; turgid etc. (big-sounding) 577; ... meer laten zien

Roget 577: ornament etc. v.; beautified etc. 847; ornate, florid, rich, flowery; euphuistic, euphemistic; sonorous; high-sounding, ... meer laten zien

Roget 824: excited etc. v.; wrought up, up the qui vive [Fr.], astir, sparkling; in a quiver etc. 821, in a fever, in a ferment, in a blaze, ... meer laten zien

2 flaming

Very intense:
— Flaming passions.

synoniem: fiery.

Roget 173: violent, vehement; warm; acute, sharp; rough, rude, ungentle, bluff, boisterous, wild; brusque, abrupt, ... meer laten zien

Roget 821: feeling etc. v.; sentient; sensuous; sensorial, sensory; emotive, emotional; of feeling, with feeling etc. n.. warm, ... meer laten zien


Moby betekeniswoordenboek: Gongoresque, Johnsonian, Titian, Titian-red, abandoned, ablaze, affected, afire, aflame, aflicker, aglow, alight, ardent, bedazzling, bedizened, big-sounding, blasted, blatant, blazing, bleeding ... meer laten zien.

Vind elders meer over flaming: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0525