Engelse synoniemen over ons - contact  

trinket

zelfstandig naamwoord

1 trinket

Cheap showy jewelry or ornament on clothing.

synoniemen: bangle, bauble, fallal, gaud, gewgaw, novelty.

Roget 643: unimportance, insignificance, nothingness, immateriality.    triviality, levity, frivolity; paltriness etc. adj.; poverty; smallness etc. 32; ... meer laten zien

Roget 847a: jewel [general], , jewelry, jewellery; bijoutry; bijou, bijouterie [Fr.]; trinket; fine jewelry; costume jewelry, junk jewelry; gem, gemstone, precious stone.    ... meer laten zien

Nederlands: fuif, kerstbal, kleinood, prularia, sieraad, snuisterij
Pools: błyskotka, świecidełko


Moby betekeniswoordenboek: a continental, a curse, a damn, a darn, a hoot, agate, bagatelle, ball, baseball bat, bat, battledore, bauble, bean, bibelot, bit, blocks, brass farthing, bric-a-brac, button, cent ... meer laten zien.

Vind elders meer over trinket: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0475