Engelse synoniemen over ons - contact  

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

naar bijbehorend lemma

peck

zelfstandig naamwoord

1 peck

often followed by `of' A large number or amount or extent.

synoniemen: batch, deal, flock, good deal, great deal, hatful, heap, lot, mass, mess ... meer laten zien.

Roget 102: multitude; numerous etc. adj.; numerosity, numerality; multiplicity; profusion etc. (plenty) 639; legion, host; great number, ... meer laten zien

Roget 31: greatness etc. adj.; magnitude; size etc. (dimensions) 192; multitude etc. (number) 102; immensity; enormity; ... meer laten zien

Nederlands: bende, berg, boel, bom, bulk, bups, een groot aantal, hoop, kluit, kwak ... meer laten zien
Pools: legion, zastęp, armia, tabun

2 peck

A British imperial capacity measure (liquid or dry) equal to 2 gallons.

3 peck

A United States dry measure equal to 8 quarts or 537.605 cubic inches.

werkwoord

1 peck

Hit lightly with a picking motion.

synoniemen: beak, pick.

Roget 298: eat, feed, fare, devour, swallow, take; gulp, bolt, snap; fall to; despatch, dispatch; discuss; take down, ... meer laten zien

2 peck

Eat by pecking at, like a bird.

synoniem: pick up.

Nederlands: pikken

3 peck

Kiss lightly.

synoniem: smack.

4 peck

Eat like a bird.

synoniemen: peck at, pick at.

5 peck

Bother persistently with trivial complaints.

synoniemen: hen-peck, nag.

Nederlands: emmeren, griepen, lazeren, malen, mauwen, meieren, mekken, mekkeren, mieren, neuzelen ... meer laten zien


Moby betekeniswoordenboek: abundance, acres, bags, barrel, barrels, batch, beak, brush, bug, bunt, bushel, buss, carp at, chuck, considerable, copiousness, countlessness, dab, deal, fillip ... meer laten zien.

Vind elders meer over peck: etymologie - rijmwoorden - Wikipedia.

debug info: 0.0494